Thèse en cotutelle : Université Laval Québec, Canada et Ghent University, Gent, Belgique / Notre étude porte sur un corpus transnational (États-Unis, France, Italie, Espagne et Canada) de romans et de récits qui traitent des guerres d'Irak et d'Afghanistan et qui ont été écrits à la fois par des civils et des anciens combattants. Dans le contexte du retrait progressif des troupes occidentales dans la région jusqu'à la fin de la mission américaine en 2021, nous nous sommes demandé quel sens la fiction peut donner à vingt années d'interventions armées dans ces conflits et de quelle manière elle raconte la sortie de guerre. Après avoir relevé la présence de références subtiles, mais récurrentes, aux traumatismes sociaux de la guerre du Vietnam, nous avons remarqué que l'affect négatif entourant ces représentations finissait par se transformer en force positive. Le syndrome de stress post-traumatique devient croissance post-traumatique, la prison devient purgation, le mensonge devient fiction, l'Agent Orange devient fertilisation et les tueurs de bébés deviennent sauveurs d'enfants. Les personnages, qui sont le plus souvent traumatisés par leur expérience en Irak ou en Afghanistan, mobilisent paradoxalement l'imaginaire du Vietnam pour se libérer de l'emprise de la guerre. Enfermés dans un espace traduisant leur état mental, ils s'enfuient par procuration au sein d'espaces symboliques qui refigurent les deux univers traumatiques. Nous avons entrepris de retracer ce repli imaginaire qui prend la forme d'une stratégie de sortie, car il révèle le fantasme des sociétés occidentales, qui rêvent d'un désengagement militaire et cherchent à conjurer leurs démons. Les critiques font souvent référence aux termes de tactiques, d'opérations et de stratégies narratives, mais nous avons cherché à retrouver le sens militaire de ces concepts pour analyser la littérature de guerre. / This study focuses on a transnational corpus (United States, France, Italy, Spain, and Canada) of novels and stories written by both civilians and veterans about the Iraq and Afghanistan wars. Against the background of the gradual withdrawal of Western troops from the region until the disengagement of the U.S. forces in 2021, we asked ourselves what meaning fiction can give to twenty years of armed intervention in these conflicts and what kind of picture it paints of the aftermath. After identifying subtle but repeated references to the social traumas of the Vietnam War, we observed that the negative emotion associated with such portrayals was eventually transformed into a constructive and empowering force. Post-traumatic stress disorder becomes post-traumatic growth, prison becomes purgation, lies become fiction, Agent Orange becomes a fertilizer, and baby killers become saviors of children. Paradoxically, characters who are often traumatized by their experience in Iraq or Afghanistan harness the mythos of the Vietnam war to free themselves from the grip of war. Locked in a space that reflects their mental state, they escape by proxy into symbolic spaces that recast the two traumatic worlds. We set out to investigate this notional withdrawal, which takes the form of an exit strategy that brings to light the desire of Western societies to pull out of their military commitments and by the same token, ward off their demons. While critics often refer to terms such as tactics, operations and narrative strategies, we have instead sought to reclaim the military meaning behind these concepts in order to analyze the literature of war. / Ons onderzoek richt zich op een transnationaal corpus (Verenigde Staten, Frankrijk, Italië, Spanje en Canada) van romans en verhalen die handelen over de oorlogen in Irak en Afghanistan en geschreven zijn door zowel burgers als veteranen. In de context van de geleidelijke terugtrekking van de westerse troepen uit de regio tot het einde van de Amerikaanse missie in 2021, vroegen we ons af welke zin fictie kan geven aan twintig jaar gewapende interventie in deze conflicten en hoe literaire teksten het einde van de oorlog verhalen. We stelden vast dat veel verwijzingen naar de sociale trauma's van de Vietnamoorlog op een subtiele manier vaak terug komen, maar merkten tegelijk op dat het negatieve affect rond deze voorstellingen wordt omgevormd tot een positieve kracht. Posttraumatische stress-stoornis wordt vervangen door posttraumatische groei, gevangenis wordt loutering, leugens worden fictie, Agent Orange wordt bevruchting en babymoordenaars worden redders van kinderen. De personages, die meestal getraumatiseerd zijn door hun ervaringen in Irak of Afghanistan, mobiliseren paradoxaal genoeg de verbeelding van Vietnam om zich te bevrijden uit de greep van de oorlog. Opgesloten in een ruimte die hun mentale toestand weerspiegelt, vluchten ze bij volmacht in symbolische ruimtes die de twee traumatische werelden weerspiegelen. Wij hebben getracht deze denkbeeldige terugtrekking, die de vorm aanneemt van een exit-strategie, te traceren omdat ze het droombeeld blootlegt van de westerse samenlevingen die dromen van een militaire terugtrekking en hun demonen proberen te bezweren. Critici verwijzen vaak naar termen als tactieken, operaties en narratieve strategieën, maar wij hebben geprobeerd om de militaire betekenis van deze concepten terug te vinden om de oorlogsliteratuur te analyseren.